Feniks

 
 

Eten en afwassen aan een iets hoger tempo.

Nog even langs de badkamer: make-up bijwerken, geen resten tussen de tanden? Netjes in de kleren, hakken aan. Sleutels mee? Mondmasker mee? Tickets mee?

Perfect.

Auto in, lekker met zijn vieren kwebbelend over de film die we gaan zien en de drie eerdere films die eraan voorafgingen. Kennen we alle eindes nog? Doen dezelfde acteurs weer mee? Wie waren ook weer de hotste filmsterren van de jaren negentig?

Fast forward naar een klein uur later.

Eigen oprit weer oprijden. Uitstappen. Jassen en schoenen achterlaten in de gang. Grapje maken. Drankje uitschenken, hapje erbij. Plekje zoeken op de sofa. Film starten.

Ja, het leek bijna een echt uitstapje naar de bioscoop, afgelopen zaterdag. Het enthousiasme was er, de zitjes waren geboekt, we waren bijna voltallig. Helaas kwam een roodkleurende covid safe pass roet in het eten gooien.

Ach. De vreemde strubbelingen van deze nieuwe tijden.

Er zullen vast wel mensen zijn die precies weten hoelang een quarantaine op dit moment hoort te duren, en of je er mét of zonder symptomen, mét of zonder zelf, PCR- of antigeentest al dan niet in zou moeten zitten - en waarom je pass acht dagen later nog rood kleurt. Maar wij horen duidelijk niet bij die mensen. Niet zorgvuldig genoeg het nieuws gevolgd, iets teveel vertrouwen gehad in de covid-onderzoeker waar we een sympathiek uurtje mee mochten bellen vorige week: ons leven is een avontuur.

De avond was er gelukkig niet minder gezellig om, en de bioscoop betaalt goedmoedig onze aangekochte tickets terug. Zo eenvoudig en verbindend kan tegenslag zijn.

En kijk, het had ook een plan kunnen zijn: de thuiscinema helemaal áf maken door opgedirkt de deur uit te gaan en een rondje te rijden om weer thuis aan te komen. Net echt.

Misschien kan ik mijn verlangen om te eindigen en een nieuw begin te maken ook zo aanpakken: op en top het eind voorbereiden, een rondje rijden, en dan met een nieuw elan dezelfde deur binnenstappen. Een crash zonder te crashen.

Volgens Emilie Wapnick’s boek Hoe word je alles, ben ik als multipotentialist iemand die past in een combinatie van het smeltkroesmodel (dan doe je veel verschillende projecten onder eenzelfde ‘hoofding’ - zoals podcasten en bloggen en cursussen maken onder Positivologie) en het feniksmodel (dan verdiep je je telkens enkele jaren echt helemaal in een onderwerp, om daarna door te schakelen en iets nieuws te beginnen).

Het beeld van de vorstelijke feniks die in vlammen opgaat, is even treffend als spectaculair. Maar als het onze carrière betreft sterft een feniks een natuurlijke dood en vergaat langzaam voor hij herrijst. Dus in plaats van je overstap te zien als de ene deur die je sluit (of vlammend dichtslaat), denk je na over hoe je van deze limboperiode het beste kunt maken. (Emilie Wapnick)

Hoe heerlijk aantrekkelijk het ook klinkt om deuren vlammend dicht te slaan en auto’s in bomen te rammen… het kan dus ook anders.

Zachter. Symbolischer. Minder vernietigend.

De limbo dansend.